Op visite bij Isilo: Op weg naar Tembe

We hebben de avond afgesloten bij restaurant Reef en Dunes. Voor we gingen slapen nog even onze regendag in het Wetland Park op het blog gezet. Het regende de hele nacht pijpenstelen, we zijn benieuwd hoe de wegen morgen naar Tembe er uit zien. Onze witte auto is intussen rood geworden van de modder. Het gebied waar we naar toe gaan is in deze tijd van het jaar een malaria zone dus pillen slikken (malerone).

Uitgeslapen beginnen we aan het ontbijt, Het ziet er grijs uit en het regent nog altijd. Zoals elke ochtend is het ontbijt in Lidiko loge heerlijk, en we vertrekken met een voldaan gevoel richting Tembe. Tembe ligt op de grens van Mozambique, hier is een groot wild park waar de dieren ongestoord leven. Er zijn hier grote olifanten Tuskers genaamd, naar hun lange slagtanden. De vegetatie heeft mineralen die er voor zorgen dat de olifant hier zo groot wordt en hele lange slagtanden krijgt.

Het park wordt gerund door de San een Afrikaanse bevolkingsgroep voor ons beter bekend bij de naam Bosjesmannen, deze San mensen hebben meer parken in Zuid Afrika. In het Tembe Elephant Park worden veel jonge mensen opgeleid tot gids, serveerster, enz. Het is mooi om te ervaren hoe anders deze mensen zijn dan in Europa. Soms zijn ze te bescheiden, praten dan erg zacht en lijken onzeker, maar met een beetje humor doorbreek je dat wel. De leerlingen wachten op hun opdracht en zullen uit zich zelf weinig initiatief tonen.

De lucht wordt blauw, de grijze wolken vertrekken er is nog veel wind.

Het eerste deel van de route ging over de N2 een goede geasfalteerde weg. Bij het dorp Josini gingen we de N2 af en hier werd de weg slechter met veel gaten die niet altijd te ontwijken waren. In Jozini is een grote dam gebouwd al klimmend reden we langs de damwal de bergen in. De Pongola Rivier slingerde beneden in het dal met ons mee, het uitzicht was prachtig.

Aangekomen bij de gate van Tembe Elephant Park werden we zingend begroet door het personeel, na inschrijving werden we naar onze tent gebracht. De tent staat midden in een dicht begroeide bush, nadat we de koffers hadden uitgepakt dronken we op het balkon van de tent een kop koffie. Al grazend kwam er een kudde Nyala’s ( antilopen ) langs. Dat is zo iets moois om te beleven, je bent alleen in je tent en dan komt er zomaar wild langs. Om 14 uur kregen we een lunch en om 15 uur gingen we op safari.
Het oerwoud is dicht begroeid en nog altijd groen dit komt door de vele regenval van de laatste weken daarom hoeven de dieren niet direct naar een drinkplaats toe omdat ze in het groen al voldoende water vinden. Onze gids ging toch op zoek naar de Tusker (Olifant met grote slagtanden) en na enig zoekwerk vonden we een groep donker gekleurde Tuskers tussen de bomen en struiken. Na circa 3,5 uur te hebben rondgereden waren we weer terug op het kamp.

Rond het kampvuur hebben we een wijntje gedronken en daarna werden we aan tafel verwacht waar we een heerlijke maaltijd kregen. Onze tafel stond gedekt met een klein rood wit blauw vlaggetje, zo had elke tafel zijn eigen vlaggetje en kon je zien welke nationaliteiten er aanwezig waren onder de 20 gasten van het kamp. Na de maaltijd werd er rond het kampvuur op de trommels gespeeld en er werden er Afrikaanse liederen gezongen. Gezellig en sfeervol.